Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Te dien dage [51]zal de HEERE een altaar hebben in het midden van Egypteland, en [52]een opgericht teken [53]aan haar landpalen voor den HEERE. 51. Dat is, de ware godsdienst zal aldaar verricht worden, die ten tijde der profeten bij en op het altaar placht verricht te worden. 52. Dat is, zij zullen openlijk den Heere voor hunnen God aannemen en belijden; tot een teken waarvan zij openlijk dit teken zouden oprichten. Vergelijk hiermede Gen.28:18; Ex.24:4; Joz.4:8,20, en Joz.22:10. 53. Aan hunne; te weten der Egyptenaars, of aan zijne; te weten Egyptes landpale.